‘Zonder titel, drie delen’, 2001
Bij ‘Zonder titel, drie delen’ toont De Wit drie stalen kubussen waar op drie verschillende manieren vierkante uitsneden in zijn gemaakt. De snijranden zijn ruw en onregelmatig in tegenstelling tot de gladde strakke kubusvorm. Het tonen van het maakproces vindt De Wit belangrijk. Tijdens het snijden ontstaan smeltsporen die oncontroleerbaar zijn, die zichzelf ‘maken’. Zo vormen bepaaldheid (dat wat De Wit bedenkt) en onbepaaldheid tezamen het beeld. In de drie kubussen zien we loeizwaar en donker verenigd met ruimte en licht, op drie verschillende manieren. Het werken in reeksen die uitdagen tot goed kijken en vergelijken van tegendelen in de herhalende vormen waar het maakproces zichtbaar blijft, is een rode draad in het oeuvre van De Wit.